Beveren-Leie voetbalt ook volgend seizoen in de West-Vlaamse tweede provinciale. In het barrageduel tegen Dosko Kanegem trok de ploeg van coach Pieter Van Der Sloten aan het langste eind. Die doet het verhaal van een echte cupwedstrijd.
“Ja, het was een duel op leven en dood. Wij konden ons zeker meten met de andere ploegen uit de reeks, maar we waren jammer genoeg de kampioen van de gelijke spelen. Het cliché wil dat je niks opschiet met een gelijkspel en dat bleek ook bij de eindafrekening. Gelukkig kregen we een herkansing tegen Dosko Kanegem en in een ware roller coaster verzekerden we ons van het behoud. Vooraf voelde je wel de spanning in de spelersgroep, maar dat belette ons niet om sterk te starten. Thorben Denys profiteerde al vroeg van een foutje van de centrale verdediger van Kanegem om alleen op doel af te stevenen en de 1-0 te maken. We bleven wel een licht overwicht behouden en toen een verdediger van Kanegem een voorzet van Branko Baert in doel devieerde, zag het er nog beter uit. Diezelfde Baert dook wat later schuin voor doel op, maar trapte de bal op de paal. Bij de volgende prik van Kanegem was het wel raak: 2-1 in plaats van 3-0 en je voelde bij de rust dat dit toch wel een mentale tik was. Mijn jonge ploeg kwam toch behoorlijk gretig uit de kleedkamer en kwam enkele keren dicht bij de 3-1. Branko Baert, Jordy Vanhoucke en Simon Vandenabeele, telkens was het jammer genoeg net niet. Met nog een kwartier wedstrijd voor de boeg stelde Kanegem gelijk en werd het moeilijk te voorspellen naar welke kant het dubbeltje zou vallen. Voor een keertje zat het dan mee en een afgeweken vrije trap van Jordy Vanhoucke was goed voor de 3-2. Met een fantastische lobbal vanop de middenlijn maakte Rachid Farih dan de 4-2 en leek het binnen. Anderhalve minuut later was het toch weer bang afwachten, want Kanegem maakte de 4-3. Er kwamen nog vijf minuten toegevoegde tijd en daarin was het vrouwen en kinderen eerst. We trokken dit resultaat over de lijn en uiteraard was de ontlading groot. Toch denk ik dat onze resultaten bewijzen dat we ons plaatsje in tweede provinciale waard zijn.”