
Pieterjan Maenhout hoopt op een mooi afscheid in Berlare. Foto Jacques Vandenberghe.
FC Kleit doft zich op voor de laatste speeldag op het veld van Berlare en het wordt een heel belangrijke voor het team van voorzitter Carlos Van Hulle. Enkel winst geeft zekerheid over het behoud, bij een gelijkspel of verlies hangt alles af van wat Sottegem doet. Pieterjan Maenhout trekt voor het laatst het shirt van FC Kleit aan en een laatste interview met de ‘capi’ van de oranjeblauwen mocht niet ontbreken. Met de vraag of het een emotioneel afscheid wordt, openden we onze babbel.
“Dat was het twee weken geleden tegen Haasdonk al een beetje. Op de foto, bloemen, een flesje wijn, applausvervanging. Op zich was het wel emotioneel. Mijn eerste wedstrijdjes bij Kleit speelde ik toen ik vijf was. ‘k Heb ook zestien jaar eerste ploeg in de benen en dan doet het wel wat om een laatste keer je kunsten te tonen aan de Hoge Branddreef. Achteraf was er ook een DJ en ondanks de nederlaag werd er toch een feestje gebouwd. ’t Is mooi geweest en langer voetballen leek me geen goede optie. Lies en heup pruttelen wel wat tegen waardoor ik wel vaker met een pijnstiller moet spelen. ’t Kan in Berlare emotioneel worden indien we ons redden en natuurlijk ook als we op plaats twaalf belanden en pas over enkele weken er zicht op hebben als we in eerste blijven.”
Met welk gevoel trek je naar Berlare?
“Het gevoel dat het kan. Tegen Haasdonk gaven we ook een goede repliek, gaven we nauwelijks wat weg, maar toonden de Waaslanders zich superefficiënt. We hadden natuurlijk liever gehad dat Berlare niks meer te winnen of te verliezen had, maar het is wat het is en we gaan ons vel daar duur verkopen. We hopen dat Beveren er op de slotdag ook vol voor gaat en ons bij een tegenvallend resultaat op weg helpt naar het behoud.”
Wat was het mooiste moment in je loopbaan?
“In 2012 zetten we de stap van derde naar tweede provinciale. Met Inias Smit aan het roer. Ook met veel jongens met Kleitse ‘roots’. Dominique Goethals en Simon Van De Walle, om er maar twee te noemen. David Welvaert was toen ook wel een belangrijke pion. De titel in tweede provinciale in 2022 schat ik evenwel iets hoger in. Wellicht omdat die nog het verst in het geheugen ligt, maar ook omdat 2022 over de hele lijn top was. Met Nieuwjaar stonden we pas vijfde, maar finaal kroonden we ons tot kampioen. We wonnen dat jaar ook de Hofman Cup en gingen door op ons elan in eerste provinciale. Op de slotdag van de eerste periode deden we nog steeds mee voor de periodetitel, maar een 1-3-nederlaag tegen Beveren hield ons toen van een prijsje.”
Wat was je grootste ontgoocheling?
“Al bij al valt dat wel mee, al hoop ik zondag niet te moeten zeggen dat het laatste jaar een afknapper werd omdat we degradeerden. Maar daar ga ik natuurlijk niet van uit. ‘k Herinner we wel dat we in de halve finale van de eindronde ooit eens verloren met 6-1 op Eine. In de Hofman Cup verloren we tegen Lembeke ook eens na het nemen van strafschoppen en toen miste ik er eentje. Dat is ook zo’n moment dat wat bijblijft, maar voor het overige heb ik heel veel leuke momenten beleefd in Kleit.”
De grinta behoort tot het DNA van Kleit. Heb je dat ook zo ervaren?
“Ja, zo worden we wel vaker bestempeld. Dat klopt ook wel, maar we hadden ook goede voetballers. FC Kleit was een stukje van mijn leven en zal altijd in mijn hart blijven. Ik zat samen in de klas bij Sander Van Hoecke en Pieter Vyncke en samen hebben we bij Kleit zo’n beetje lief en leed gedeeld, veel mooie momenten ook. ’t Is zondag ook de ‘Last Dance’ voor Thomas Impens. Stille kracht, onderschatte voetballer. Ie kwam bij Maldegem en werd daar niet echt in de basis, maar de voorbije jaren was de naam van Thomas bij wijze van spreken de eerste die je invulde op het digitale wedstrijdblad.”
Trainers waren er in zo’n lange periode natuurlijk in overvloed. Wie springt er uit?
“We hebben toch vooral goede trainers gehad in Kleit en ik plaats ze zeker niet allemaal op gelijke voet, maar elke T1 had wel zijn kwaliteiten. Misschien blijven de coaches waarmee je prijzen pakt, het meeste bij. Dan denk ik aan Inias Smit bijvoorbeeld en natuurlijk ook aan Wim Roels. Beiden waren ook ‘people manager’ en op ons niveau is dat zeker ook niet onbelangrijk. Maar Christophe Sierens en Danny Wille blijven me bijvoorbeeld ook wel bij.”
Je was vele jaren ‘capi’ van de ploeg. Vaak brandjes moeten blussen?
“Op zich viel dat wel mee. Mijn rol als aanvoerder was natuurlijk wel vaak om de rust te bewaren. ‘k Heb ook wel jongens hun debuut zien maken in het eerste elftal en dan waakte ik er wel over dat ze met niet te veel stress aan de wedstrijd begonnen.”
En nu gaapt de grote leegte… Op zondag wandelen met het kindje en vrouwlief?
“Ik gun me na het seizoen enkele maanden de tijd om de lies en de heup te laten bekomen van de vele voetbaloorlogen. ‘k Denk dat ik wel vaker eens de fiets van stal zal halen. En ja, eens gaan wandelen zal er ook wel bij horen (lacht).”