Gaëlle Van Hulle pakte zowel de Vlaamse als de Belgische titel bij de U11. Foto Leo Stolck/RV
1k
392
Gaëlle Van Hulle uit blijft haar talent als tennisspeelster in de verf zetten. Als U9 werd ze al Vlaams kampioen en haalde ze de finale op het Belgisch kampioenschap, vorig jaar werd ze Vlaams kampioene en afgelopen weekend kroonde ze zich zowel tot Vlaams als tot Belgisch kampioene bij de U11. Van Hulle haalde het met 4-3 (7-4), 4-2 tegen Myriam Lazar en dat is niet van de minste.
“Die Vlaamse titel deed natuurlijk al geweldig veel deugd, maar in de finale van het Belgisch kampioenschap was ik duidelijk de underdog. Ik ben de tel kwijt, maar vermoed dat ik al vijftien of zestien keer tegen dat meisje speelde en ik wist nog maar één keer van haar te winnen. Ik zat evenwel direct goed in de wedstrijd en had wel het gevoel dat mijn tegenstandster het moeilijk had met mijn agressieve speelstijl. Je vertrekt natuurlijk met de gedachte om die sterke tegenstandster te kloppen. Hoewel ik sterk speelde, had ik pas bij de tweede wedstrijdbal echt het gevoel dat ik haar op de knieën ging krijgen. En natuurlijk was de ontlading groot.”
Van Hulle is een veelbelovende speelster en ze doet er dan ook alles aan om tot de top te blijven behoren.
“Ik trok al enkele keren naar het buitenland en speel dan wedstrijden op de toernooien van Tennis Europe. In een van die toernooien behaalde ik de kwartfinale en moest ik pas buigen voor de nummer 1 in de wereld in mijn leeftijdscategorie. Ik train nu al enige tijd met Pieter Van Hyfte en die tilt me wel naar een hoger niveau. Ook mijn stage in de Rafael Nadal Academy was leerrijk. Daar speelde ik tegen acht of negen meisjes uit andere landen en pikte ik ook wel een aantal zaken op. Ik bekijk het rustig. Nu ga ik nog naar school in Maldegem, maar misschien trek ik in de toekomst wel naar de Topsportschool in Wilrijk. Ik heb wel ambitie en wil ooit wel op Roland Garros spelen. Ik weet dat het weinig meisjes gegeven is, maar ik ben wel heel gedreven. En mijn oma zegt dat ik moet blijven dromen.”