Tweedeprovincialer Sint-Kruis-Winkel kon vorig seizoen de degradatie naar derde provinciale niet vermijden. Snel werd duidelijk dat de ploeg kwaliteit miste om een rol van betekenis te spelen in de sterke A-reeks. Twintig punten sprokkelde het bij elkaar. Tot de slotdag had het een kansje om via de barragewedstrijden zijn verblijf in tweede te verlengen, maar het bleef op de vijftiende plaats steken. Een seizoen dus om snel te vergeten. Krabbelt de ploeg recht in derde provinciale A? Koen De Brabander vloog er de voorbije weken met veel enthousiasme in, maar weet dat zijn ploeg niet klaar is om een hoofdrol te spelen.
“De ploeg had het moeilijk in tweede provinciale en heel wat basisspelers van vorig seizoen trokken de deur achter zich dicht. Dylan Verstraeten, Rutger Bauwens, Sven Ingels, Lorenzo Destaercke, Gaultier Lefevre… Stuk voor stuk spelers waar we niet meer op kunnen rekenen. Heel veel versterking kwam er niet en dat betekent dan ook dat we met enig realisme de start van het seizoen tegemoet gaan en de lat niet al te hoog leggen. In de voorbereiding liep het moeizaam. Voetballend vermogen zie ik voldoende, maar ik mis wat gedrevenheid en duelkracht. We hebben ook weinig gestalte in de ploeg en bij spelhervattingen zijn we dus wel kwetsbaar. Ik zat met T2 Romeo Minne samen en zette een vijftiental spelers op papier waarmee we wel naar de oorlog kunnen. Als die jongens fit blijven, mogen we naar de linkerkolom mikken. Maar als we tegelijkertijd drie of vier jongens moeten missen door blessure of schorsing boeten we aan kwaliteit in. Er is ook nog werk op mentaal vlak. Positief is het gegeven dat we er met Amara Fofana een speler bij hebben die ons op offensief vlak wat bij kan brengen. Ik doe links en rechts wel wat scoutingswerk voor ploegen op nationaal niveau en leerde Amara kennen. Hij speelde in Duitsland op een degelijk niveau en hoopte in België onderdak te vinden bij een ploeg op nationaal niveau. Daar slaagde hij niet in. Voor ons kan hij evenwel een hele meerwaarde zijn. Druk is er niet van het bestuur. Zelfs als we pakweg twaalfde zouden eindigen, zou er van echte ontgoocheling geen sprake zijn. Ik mik evenwel hoger. Op volle sterkte kunnen we over 90 minuten wedijveren met de betere ploegen in de reeks. Ik heb het gevoel dat we naar de linkerkolom mogen mikken.”