Oostakker sloot het seizoen af als elfde. Toch werd het geen seizoen zonder zorgen. Met een 1 op 18 schoot de ploeg niet bepaald stevig uit de startblokken. Bart Walleyn ruimde plaats en Benny Vlerick wachtte de uitdaging om de ploeg uit het slop te halen. Vlerick slaagde in zijn opdracht en kijkt met tevredenheid terug op operatie redding.
“Na de 1 op 18 was het duidelijk dat we voor een moeilijk seizoen stonden. Op Nieuwjaar droegen we nog steeds de rode lantaarn en hadden we nog maar tien punten bij elkaar gesprokkeld en was het afwachten of we de schaapjes op het droge zouden krijgen. Gelukkig raakte de motor vanaf januari wel op toerental, voegden we nog 26 punten aan ons totaal toe en werden we nog elfde. Ik denk dat we die mooie remontada aan meerdere zaken te danken hebben. Conditioneel werden we sterker in de loop van het seizoen, de jonge gasten pikten snel zaken op en enkele goede resultaten zorgden ervoor dat we in de juiste ‘flow’ raakten. Balans is heel belangrijk in een elftal en die vonden we een stuk beter na de winterstop. dit jaar willen we vooral uit de gevarenzone blijven en niet iedere week met de nijper op de staart te voetballen. We spelen dit jaar in de A-reeks, zeg maar de Meetjeslandse reeks, en daar kan ik het niveau wat moeilijker inschatten. Ik heb in ieder geval het gevoel dat we versterkt uit de zomermercato stoppen. Vorig seizoen werd het week na week puzzelen op positie twee en met Benjamin De Vroe van Gijzel-Oosterzele hebben we daar nu toch een jongen die het klappen van de zweep kent. Wesley Mestdagh is ook een nieuwkomer bij ons en deze centrale verdediger van HT Zwijnaarde kan ook zeker voor een meerwaarde zorgen. Op offensief vlak had ik in de breedte weinig keuze en met de komst van Dario Van Daele van Lovendegem en Milen Metodiev van de beloften van Zelzate heb ik nu meer opties. Quinten Aerents is ook een versterking. Deze jonge doelman moet voor extra concurrentie zorgen. Het is koffiedik kijken wat we waard zijn. Op basis van vorig jaar en op basis van wat andere trainers denken vermoed ik dat Ursel wel stevig op zijn pootje staat en ook Waarschoot en Hansbeke zijn wellicht ploegen die hoog kunnen eindigen.”