De Koperen Kogel – Memoires van een mislukte Messi. Doet het een belletje rinkelen? Voor wie er bij was op de voorstelling van het internationaal toernooi van FC Kleit wel. Thijs Delrue vertelde er heel smeuïg over zijn boek met deze titel. Een grappig, ontroerend en ontwapenend boek over een roodharig voetballertje dat groot wordt en ervan droomt op profvoetballer te worden. Met Kantine 11 vonden wij dat we deze naar de Kempen uitgeweken West-Vlaming ook eens de revue moesten laten passeren op de site. Delrue is niet alleen de broer van Klaas Delrue, frontman van Yevgueni, maar ook een man met een goede pen. Hij schreef boeken over Sven Nys, Ann Wauters, Paul Van Den Bosch, Stig Broeckx, Jacques Brel en Reginald Moreels en met ‘De Koperen Kogel’ kwam er opnieuw een pareltje bij op zijn c.v. Een boek over jeugdvoetbal is niet alledaags en met die vraag openden we onze babbel met Thijs.
“Op zich is die keuze inderdaad niet zo evident. Voor boeken over bekende figuren is er steeds een publiek en de vraag was ook lange tijd of de wereld zat te wachten op een boek over jeugdvoetbal. Maar sinds 2015 schrijf ik als ‘De Koperen Kogel’ columns over voetbal en wielrennen en die worden wel gesmaakt. En ik heb ook wel wat met jeugdvoetbal. Enerzijds omdat ik zelf ooit de kleuren van White Star Lauwe verdedigde en ik op een blauwe maandag gepolst werd door KV Kortrijk om naar die ploeg te trekken. Anderzijds omdat ik drie voetballende zonen heb. De interesse van Lierse voor één van mijn jongens enkele jaren geleden zorgde ervoor dat ik zo’n beetje gecatapulteerd werd naar mijn jonge jaren als beloftevol voetballertje. Als kind maar ook als volwassene boeit de dynamiek van het jeugdvoetbal me wel. Het spelertje dat droomt om de nieuwe Messi te worden, de papa die daar nog harder van droomt, de afgevaardigde die week na week alles tot in de puntjes verzorgt en misschien wel de truitjes wast, de vrouw in de kantine die voor soep zorgt. Ik realiseerde me eigenlijk ook wel dat voetbal een leerschool is voor het leven. Alle lagen van de bevolking vinden we terug in dat voetbalwereldje en op dat vlak biedt het als jongere heel wat kansen en uitdagingen.”
En al die prikkels en gedachten zorgen dat er een boek uit je pen vloeit?
“Jammer genoeg werkt het niet zo. Het is een boek waar ik vele jaren aan werkte. Waar ik zelf passages uit herwerkte en waarbij de uitgever ook nog zijn rol speelde in het verhaal. Maar bij het schrijven van het boek ontdekte ik wel dat jeugdvoetbal een onderwerp is dat veel mensen kan en zal boeien. Wat mezelf boeide was de vraag of je als jong voetballertje de stap moet zetten van het voetbal onder de kerktoren naar het voetbal bij een ietwat grotere club. Het is vaak een keuze voor het leven. Want de stap naar zo’n grote club houdt een aantal zaken in. Het betekent dat je minder tijd hebt voor andere hobby’s en dat je als tiener minder de kans hebt om pakweg te genieten van nachtelijk vertier. De vraag ‘Wat als ik naar Kortrijk was getrokken’ stel ik me nog wel eens. Maar anderzijds heb ik ook genoten van de charme van het plezier maken in de jeugdbeweging en het uitgaan. Jeugdvoetbal is een piramide en slechts weinigen halen de top. Met die overpeinzingen worstelen wel meer mensen, denk ik, en dat is zeker een thema dat aanwezig is in het boek.”
Het boek werd goed onthaald en dat zal je vast wel deugd gedaan hebben.
“Dat is zo. Het is een beetje je kindje en dan hoop je dat dit goed onthaald wordt. Enkele clubs gaven me ook de kans om het boek voor te stellen. Bij ‘Wiet Star Lauwe’ maakte zelfs Hein Vanhaezebrouck tijd om mee de voorstelling van het boek kleur te geven. En in Lichtervelde mocht ik dan weer op Gert Verheyen rekenen. Ook in Kleit was het tof om te zien dat het onderwerp mensen toch wel boeit en het boek zo bij de lezer terecht komt. Want als auteur hoop je ook dat ze het boek effectief lezen. Ik sta trouwens nog steeds open voor clubs die me de kans willen geven om te praten over het boek. Uiteindelijk is het wereldje van het jeugdvoetbal toch mijn voornaamste lezerspubliek. Ik kreeg een aantal goede recensies, maar nog belangrijker is het gegeven dat je boek niet in de winkelrekken blijft staan.”
Hoe gaat het intussen met de voetballende zonen?
“Best goed. De oudste speelt bij derdeprovincialer SKS Herentals, de middelste bij reeks- en stadsgenoot VC Herentals en de jongste bij de U14 van Westerlo. Zij lazen het boek natuurlijk ook en vooral de herkenbaarheid van situaties sprak hen aan.”
Het boek is te verkrijgen in de betere boekhandel.