In de Oost-Vlaamse eerste provinciale lijkt FC Kleit zich te ontpoppen tot de Houdini van de reeks. Begin december schreven we dat het verhaal van de bezembinders verrassend veel leek op dat van de Rode Duivels enkele decennia terug. Toen was de quote maar al te vaak ‘mathematisch kan het nog’. Dat was het voor Kleit begin december ook. Na de 2-0-zege tegen Sottegem en een knappe 16 op 21 laat het al drie ploegen achter zich en de komende weken wordt de jacht op het trosje ploegen voor hen ingezet. Thomas Vuyts maakt mee het goed weer aan de Hoge Branddreef. Hij heeft het gevoel dat het wel goed komt met de oranjeblauwen.
“We zijn de voorbije maanden aan een geweldige inhaalrace bezig en de bedoeling is om de komende weken op ons elan door te gaan. We staan intussen maar op twee punten van de achtste plaats en hebben ons lot volledig in eigen handen. In de eerste helft waren we tegen Sottegem al de betere ploeg. Qua balbezit was het wel min of meer in evenwicht, maar wij waren vanuit een stevig blok toch iets dreigender. Jarl Hautekeete moest wel wat plukwerk doen, maar daar bleef het ook bij. Wij klommen halverwege de eerste helft op voorsprong. Glenn Blomme sneed naar binnen en hij trapte ons op voorsprong. Na de rust kwam Sottegem wel gretig uit de kleedkamer, maar ook dan hielden we het goed dicht. De bezoekers probeerden het vanuit de tweede lijn, maar daar wist Hautekeete wel raad mee. Ook een kopbal ging naast. Wij hadden in de omschakeling ook wel de kans om de wedstrijd dood te maken, maar lieten dat na. Pas in de slotfase kon Olivier Maenhout na een voorafgaande actie van Kenneth De Meyer voor de 2-0 zorgen. Hoef ik te vertellen dat de ontlading groot was?”
Vuyts besliste intussen om ook volgend seizoen de trip vanuit West-Vlaanderen te doen.
“Ik voel me wel goed in Kleit en denk dat ik de voorbije weken mijn steentje heb bijgedragen tot de remontada van Kleit. Ik denk dat ik vooral voor wat extra ‘power’ en loopvermogen zorgde. We hebben hier een toffe bende en dat is zeker niet onbelangrijk. Het zou mooi zijn om ons de komende maanden van het behoud te verzekeren.”