19 is ie pas, maar nu klopt hij al stevig op de deur voor een basisplaats in de Jupiler Pro League. We hebben het over Jonas Lietaert uit Drongen. Die liet al vier invalbeurten noteren bij Cercle Brugge en lijkt een mooie toekomst tegemoet te gaan. Kantine 11 heeft een boontje voor jong en ontluikend voetbaltalent en had een babbel met de verdediger van ‘De Vereniging’.
Drongen, dat doet iedere voetbalfan een link maken met Kevin De Bruyne…
“Ja, dat hoor ik wel vaker. KDB is natuurlijk een naam als een klok in het voetbal. Zelf heb ik veel geravot op het veld van het vroegere Luchteren en begon ik te voetballen bij Drongen. Hoop en al anderhalf jaar. Dan SK Deinze. Daar bleef ik een jaartje en nadien speelde ik zowel vier jaar in de jeugd van Zulte Waregem en vier in de jeugd van Oostende. Van daaruit ging het richting Cercle en daar ben ik echt volledig ontbolsterd. Ja, ik voel me geweldig goed bij Cercle Brugge.”
En zoals ieder jongetje droomde je er luidop van om profvoetballer te worden?
“Ja en neen. Zoals je het verwoordt: iedereen droomt daar wel van, maar pas toen ik bij Jong Cercle in de ploeg kwam, begon die droom echt dichterbij te komen en uiteraard ben ik blij met het parcours dat ik toch nog toe aflegde.”
Je was bij drie ‘grotere’ clubs aan de slag. Wat blijft je bij?
“Als jeugdspeler heb ik natuurlijk heel veel goede trainers gehad. Ik doe sommigen te kort door namen te noemen, maar Gino Vyncke bij Oostende was wel een straffe trainer. Bij Cercle had ik ook wel een paar heel sterke trainers. Wouter Artz was wel een ‘crack’. Maar mijn jeugdopleiding was ook niet altijd een succesverhaal. Bij Oostende voelde ik me niet altijd goed in mijn vel.”
En ik heb me laten vertellen dat je in Oostende terecht kwam omdat ze in Zulte Waregem niet in je geloofden…
“Ja, dat klopt wel. Ik kreeg te horen dat ik te weinig technische bagage had. Daar hebben ze zich achteraf wel voor verontschuldigd, toegegeven dat dit geen steek hield. Vooral omdat ik net wel op technisch vlak mijn mannetje kan staan. Op dat vlak heb ik veel te danken aan het minivoetbal. Met Opel Haeck Drongen was ik toch goed voor acht of negen titels bij de jeugd en legde ik toch de basis voor mijn balvastheid.”
Opel Haeck Drongen, opnieuw een link met Kevin De Bruyne…
“Ik vermoed dat het daar zo’n beetje stopt. (lacht)”
We zagen je al aan het werk, maar laten het graag aan jou over. Evalueer jezelf eens als speler. Waarin ben je sterk, wat kan er beter?
“Ik ben wel sterk in de duels. De voorbije weken viel ik in op positie zes en positie twee, maar ik ben het best als centrale verdediger. Eigenlijk was de wil om het te maken als voetballer wel altijd aanwezig en heb ik heel veel getraind in het krachthonk. Het zorgde dat ik 18 kilo zwaarder werd en dat vooral aan een surplus aan spiermassa lag. En op zich wel gericht. Core stability, eerder op snelheid dan op power. Ik krijg ook op dat vlak wel schema’s van Cercle. Het zorgt ervoor dat ik wel behoorlijk snel ben. Werkpunt is nog de explosiviteit, het snel zijn op de heel korte ruimte. Maar op dat vlak zet ik ook wel stappen. En mijn lange bal mag er wel zijn. Mijn pa vindt ook dat ik goed een wedstrijd kan analyseren.”
Als ‘youngster’ binnen komen in de kleedkamer bij een eersteklasser. Word je daar dan wat zenuwachtig van?
“Op zich viel dat wel mee. Het is zo dat ik op 16-jarige leeftijd al af en toe mee trainde met het eerste elftal. Via Jong Cercle zette ik mijn weg dan verder en kwam ik steeds dichter bij dat eerste elftal. Ik ben ook iemand die bescheiden is en dat speelde wel mee in de vlotte integratie in de spelerskern. ‘Dikke nekken’ horen niet thuis bij de Cercle.”
Met wie trek je het meeste op?
“Met Hannes van der Bruggen kan ik het heel goed vinden. Fantastische kerel, ‘down to earth’, bloedeerlijk. Maar ook met andere jongens zoals Thibo Somers, Nils De Wilde, Hugo Siquet, noem maar op. Maar net zo goed met onze spelers met Afrikaanse ‘roots’. Als kind was ik wel vaker in Senegal en dat hielp me misschien wel om op dezelfde golflengte met die jongens te raken.”
Miron Muslic is toch wel een sleutelpion in het succes van Cercle Brugge. Topcoach, vermoed ik?
“Absoluut, als trainer scoort hij op alle domeinen. De resultaten zijn er, maar hij laat tijdens de week ook zien dat hij een topper in zijn vak is. Goede veldtrainingen, heel aanwezig, goede coaching en vooral ook een ’team manager’. Je ziet wel vaker trainers die op enkele domeinen goed zijn, maar het op andere dan wat laten afweten. Muslic is ‘all round’.”
Hoe is jouw band met hem?
“In Anderlecht en tegen Kortrijk viel ik iets langer in dan bijvoorbeeld dit weekend op Genk en na die wedstrijden kwam hij me toch feliciteren voor mijn prestatie. En ja, dat doet wel deugd als zo iemand dat zegt.”
We hoorden dat je bij Jong Cercle steeds je mannetje stond centraal in de verdediging. Met wie had je het wel lastig?
“Als jong mannetje speelde ik nog tegen Kylian Hazard en die kon wel wat. En tegen Antonio Nusa heb ik ook wel ooit sterretjes gezien.”
Hoe wil je de komende jaren verder evolueren als speler?
“Ik ga er alles aan doen om het maximum uit mijn mogelijkheden te halen. Dit seizoen is het zaak om zo veel mogelijk speelkansen af te dwingen. Verder stappen zetten en tegelijkertijd ambitieus en geduldig zijn is de uitdaging.”
Speelt Cercle play-off 1?
“We hebben dit weekend misschien wel een kans laten liggen om een geweldige stap in de goede richting te zetten. Vooraf is een gelijkspel op Racing Genk een goed resultaat, maar na de wedstrijd baalden we. Veel kansen gehad en daar te weinig uit gehaald… We hadden wel de drie punten verdiend. Maar het leeft wel in Cercle en we gaan er alles aan doen om in play-off 1 te raken?”