VK Knesselare staat na speeldag elf op de elfde plaats. Daarmee komt het toch iets minder sterk voor de dag dan de voorbije jaren en krijgen we het gevoel dat het team van Stefaan Van Riel eerder naar onder dan naar boven moet kijken. Of dat klopt vroegen we aan centrale verdediger Yarne Van Huffel.
“We zijn nog niet aan doemdenken toe. Maar dat het beter moet, is duidelijk. De voorbije jaren hadden we met Daan Hooreweghe natuurlijk een spits die het verschil kon maken. Dat scorend vermogen hebben we nu een stuk minder en dat maakt het ook wel moeilijker. Het is ook moeilijk om de vinger op de wonde te leggen. Misschien zijn we gewoon allemaal net iets minder goed dan het voorbije jaar. Ik mis ook wat het heilig vuur, de kopjes gaan toch wat te snel naar beneden bij een achterstand. Vooral tegen Zeveren werd dat duidelijk en verloren we met 0-8. En het zit ook gewoon wat tegen. Bij Nazareth-Eke spelen we een goede eerste helft en hadden we de betere kansen. De thuisploeg maakte dan een knap doelpunt en in de tweede helft hadden we het moeilijker. In het wedstrijdslot boksten we dan toch nog een slotoffensiefje in elkaar, maar we bleven met lege handen achter. De coach wees er al op dat de enige weg om uit het dalletje te raken keihard werken is en dat moeten we dan ook maar doen. De komende weken komen er belangrijke wedstrijden aan. We spelen thuis tegen Zaffelare en Lochristi en moeten daarin toch naar een 4 op 6 mikken. Nadien krijgen we sterke ploegen als Eeklo en Sint-Laureins als tegenstander is het een pak minder vanzelfsprekend om punten te sprokkelen.”