Een kopbaldoelpunt van Olivier Maenhout leverde Kleit de volle buit op.
1k
392
FC Kleit is on fire. Vorige week legde het Eendracht Zele over de knie. Nu kon het de puntjes wegsnoepen bij SV Sottegem. Olivier Maenhout was voor de rust goed voor het winnende doelpunt met een mooie kopbal. Maenhout weet dat het een hard bevochten zege werd.
“We voelden van bij de aftrap dat Sottegem over heel veel voetballend vermogen beschikt. Hoog tempo, vlotte balcirculatie, we hadden het moeilijk. Maar ons geluk was dat we bij de eerste prik gelijk scoren. Knap voorbereidend werk van Pieter Vyncke en ik kon de bal overhoeks binnenkoppen. Dat gaf natuurlijk vertrouwen. Sottegem bleef de betere ploeg, maar we konden het gevaar beperken en na een dik half uur liep een speler van Sottegem tegen zijn tweede gele kaart aan en kregen we ook een numeriek overwicht.”
Dat betekende echter niet dat Kleit de schaapjes op het droge had. Maenhout had vooral lof voor centrale verdediger Iben Meire en doelman Jarl Hautekeete.
“Met elf tegen tien ben je numeriek dan wel in het voordeel, maar je voelde wel dat Sottegem een tandje bij stak en in de tweede helft heeft die ploeg toch een vijftal kansen bij elkaar gevoetbald. Een keer plofte de bal tegen de paal, maar het was vooral Jarl Hautekeete die met een reeks reddingen de nul op het bord hield. En Iben Meire bluste ook wel wat brandjes. Wij hadden bij een paar tegenstoten wel kansjes om de wedstrijd dood te maken. Bij pogingen van Keanu Van Renterghem, Kenneth Demeyer en de ingevallen Kenneth Demeyer was het telkens net niet.”
Na een 7 op 9 handhaaft Kleit zich in de subtop en misschien wordt de thuiswedstijd tegen Berlare wel de kans om leider te worden in eerste provinciale. Maenhout wil zich liever niet bezondigen aan dagdromen.
“Oei, oei, daar zijn we niet mee bezig. We zien de punten die we nu pakken vooral als bonuspunten. Het doel was de top tien, een zorgeloos seizoen en daar lijken we goed naar op weg. En natuurlijk gaan we voor eigen publiek ons vel duur verkopen, maar we zien de wedstrijd tegen Berlare als een wedstrijd tegen om het even welke ploeg.”